Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.
Overslaan en naar de inhoud gaan

‘Het RS-virus: wereldwijd een groot gezondheidsprobleem’

’’Waarom ik zo geïnteresseerd ben in het RS-virus? Omdat het wereldwijd een groot gezondheidsprobleem is. En een van de belangrijkste oorzaken van kindersterfte, met name in ontwikkelingslanden. Ik doe er al lang onderzoek naar en er zijn nog veel uitdagingen op het gebied van het RS-virus.’’ Aan het woord is Annefleur Langedijk, kersverse promovenda op het gebied van het RS-virus en sinds kort medisch adviseur bij Pfizer.

Annefleur Langedijk

Als kind was Annefleur idealistisch en wilde ze tropenarts worden. ’’Of schrijfster.’’ Het werden uiteindelijk een studie biomedische wetenschappen én een studie geneeskunde. 

Ze maakte diverse reizen naar Afrika en raakte geïnteresseerd in infectieziekten. Vooral in lage- en middeninkomenslanden zijn infectieziekten nog een groot probleem. Daarbij voelde ze de behoefte om zich in te zetten voor het voorkomen van kindersterfte. 

‘Ik moest alle data voor mijn onderzoek zelf verzamelen’

Tijdens haar studie deed ze onderzoek in het tropencentrum van het AMC naar rabiësvaccinatie en pneumokokkenvaccinatie. Daarna volgde een master op het gebied van infectieziekten. Na haar afstuderen, promoveerde ze in het Wilhelmina Kinderziekenhuis op het RS-virus, voluit respiratoir syncytieel-virus.

’’Het eerste jaar van mijn promotieonderzoek heb ik in de klei gestaan in het Wilhelmina Kinderziekenhuis,’’ vertelt ze. ’’Ik reed met een autootje heel Nederland door om op huisbezoek te gaan bij kinderen die we via de huisarts rekruteerden voor de RS-virusstudies die we deden. En daarnaast rende ik dag en nacht door van en naar de intensive race om neussnot, urine, bloed en ontlasting te verzamelen. Ik moest alle data voor het onderzoek dat ik ging doen zelf verzamelen.’’
 

‘Ik moest alle data voor het onderzoek dat ik ging doen zelf verzamelen.’

Alle studies die ze deed, waren grote internationale studies. ’’Ik heb in die periode ook veel gereisd en veel van de wereld gezien. Ik ben naar allerlei congressen geweest, heb allerlei mensen ontmoet. Maar ben ook bijvoorbeeld in Zambia geweest waar ik een onderzoek op de kinder-intensive care aan het opzetten was.’’
 

Samenwerken en verbinden

Op het moment dat ze in de laatste fase van haar promotie zat, kwam ze tot de conclusie dat de rode draad van haar onderzoek ‘samenwerken en verbinden’ is. ’’Mijn proefschrift gaat over het verbinden van geneesmiddelenbedrijven en academische ziekenhuizen. Als je nieuwe geneesmiddelen wil ontwikkelen, dan denk ik dat je daar privaat-publieke samenwerking voor nodig hebt. Wereldgezondheid is niet alleen een onderwerp dat bij academische ziekenhuizen hoort. Het is een intrinsiek doel waar de academische ziekenhuizen en de geneesmiddelensector samen aan werken. Beide hebben veel denkkracht en inhoudelijke expertise in huis. Door de krachten te bundelen wordt dit ook nog eens versterkt. Een plus een is dan geen twee maar misschien wel drie. Daarnaast hebben de geneesmiddelenbedrijven de kennis en de middelen om de vertaalslag te maken van een idee/concept naar een in de praktijk werkend geneesmiddel of vaccin.’’ 
 

Na het afronden van haar promotietraject deed ze nog een postdoc, maar daarna besloot ze haar werk in het Wilhelmina Kinderziekenhuis in te ruilen voor de functie van ‘medical affairs scientist’ bij Pfizer. ’’Ik was door mijn onderzoek heel nieuwsgierig geworden naar hoe het is om bij een geneesmiddelenbedrijf te werken.’’

En dat bevalt haar goed. ’’Pfizer is een leuk bedrijf om te werken. Je werkt veel cross-functioneel samen met mensen buiten de medische afdeling. We are all on the same team, dat voel je echt. Je werkomgeving is ook veel dynamischer dan die in het ziekenhuis.’’ 

Ze prijst de wetenschappelijke inslag van Pfizer. ’’Alles wat we doen, wordt door wetenschap gedreven. En we zijn zo’n groot bedrijf dat we ook echt impact kunnen hebben.’’ 
 

Annefleur op laptop

‘Het is mijn doel om meer bewustzijn voor het RS-virus te creëren’

Nu ze medisch adviseur op het gebied van het RS-virus is, is er in haar rol ook niets wezenlijks veranderd. ’’Het is nog steeds mijn doel om meer bekendheid en bewustzijn voor het RS-virus te creëren. En om artikelen te blijven schrijven en congressen te bezoeken. Deze kans krijg ik nog steeds.’’ 

Het RS-virus is volgens Annefleur na malaria de meest voorkomende doodsoorzaak bij kinderen wereldwijd. Tenminste zevenennegentig procent van de sterfte door het RS-virus vindt plaats in lage- en middeninkomenslanden, vertelt ze.’’ Zij hebben vaak geen intensive cares waar kinderen terecht kunnen. En kinderen sterven dus daar feitelijk aan een eenvoudig verkoudheidsvirus.’’ 

Goede IC’s

In Nederland en andere Westerse landen gebeurt dat niet of nauwelijks. Hier maken alle kinderen in hun eerste levensjaar wel een infectie met het RS-virus door maar gaat het vaak vanzelf over. Toch belanden er jaarlijks heel wat baby’s mee in het ziekenhuis. ’’Wij hebben goede IC’s en kunnen kinderen beademen, waardoor er eigenlijk geen baby’s overlijden.’’

Maar dat pasgeboren baby’s met benauwdheidsklachten in het ziekenhuis belanden, moet je niet willen, vindt de medical advisor. ’’Dat heeft enorm veel impact, op ouders, broertjes, zusjes en andere familie.’’
 

Restverschijnselen 

Daarnaast kan het RS-virus zelf ook voor vervelende restverschijnselen zorgen. ’’Kinderen kunnen op latere leeftijd astma krijgen. En als een kind lange tijd op de IC beademd wordt, kan dat ook voor schade aan de keel zorgen. Vergeet ook niet de emotionele schade. Voor ouders kan het enorm traumatisch zijn dat hun baby’tje met toeters en bellen op de IC belandt.’’ Het zorgt ook voor een economische impact. ’’Ouders kunnen niet werken, moeten voor andere kinderen zorgen. En ze krijgen te maken met onvoorziene kosten door de ziekenhuisopname.’’
 

Elke winter komt het ook voor dat kinderen overgeplaatst moeten worden naar buurlanden zoals Duitsland. ’’Er ligt zo’n grote druk op het zorgsysteem”, vervolgt ze haar verhaal. ’’De bedden die op de IC bezet worden door kinderen met een RS-virusinfectie kunnen niet aan andere kinderen gegeven worden. Het probleem is kortom veel groter dan alleen het RS-virus.’’ 

Ze heeft vertrouwen in de toekomst gezien de beschikbare preventiemogelijkheden voor het RS-virus. ’’Dat zal vooral goed zijn voor kinderen die al kwetsbaar zijn, omdat ze een longaandoening of downsyndroom hebben. Of die te vroeg geboren zijn. Aan de andere kant zien we dat driekwart van de kinderen die in het ziekenhuis belanden met het RS-virus gezonde kinderen zijn. We weten eigenlijk nog niet waarom deze kinderen een verhoogd risico hebben, maar juist ook zij hebben baat bij extra bescherming.’’

Het meest kwetsbaar zijn volgens haar de pasgeboren baby’s. ’’Als je die zou kunnen beschermen, zou je ziekenhuisopnames kunnen voorkomen. En wereldwijd sterfte kunnen tegengaan.’’ 
 

Annefleur in gesprek

Besmetting voorkomen 

Het RS-virus is enorm besmettelijk. Verkouden kinderen, die het virus onder de leden hebben, niezen en hoesten. En met een beetje pech vegen ze ook hun snot nog aan hun mouwen af. Wat je wel kunt doen? 

Gebruik bij hoesten of niezen een papieren zakdoek. Gooi deze na een keer gebruiken weg. Heb je geen zakdoek bij de hand? Hoest of nies dan in je elleboog. 

Was daarnaast regelmatig je handen met water en zeep en houd pasgeboren baby’s uit de buurt van verkouden mensen. De eerste maand is enorm belangrijk. Je kunt daarom sowieso beter niet op kraamvisite gaan als je verkouden bent.

Maak speelgoed dat je kinderen ook in hun mond stoppen dagelijks schoon. 

Ten slotte helpt borstvoeding pasgeboren baby’s te beschermen tegen een infectie. Dit bevat namelijk afweerstoffen van de moeder. 

Naast de bovengenoemde mogelijkheden zijn er inmiddels twee middelen door de EMA (Europees Geneesmiddelenbureau) goedgekeurd. De overheid denkt op dit moment na over de wenselijkheid van de inzet van deze preventieve behandelingen.

‘Als je baby’s beschermt, bescherm je indirect ook ouderen’

Beschermende maatregelen

“Het is afwachten voor welke preventieve mogelijkheid er in Nederland gekozen wordt. Het beschermen van baby’s zou automatisch ook kunnen zorgen voor het beschermen van de andere risicogroep: ouderen. Het is denk ik vergelijkbaar met griep. Waarschijnlijk is er een uitwisseling van het RS-virus tussen baby’s en ouderen die op hun kleinkinderen passen. Als je de baby’s beschermt, bescherm je indirect ook ouderen.’’ 

Tijdens de coronapandemie moest ze haar onderzoekswerk even stil leggen en stortte ze zich tijdelijk op coronaonderzoek. Nu kan ze zich niet voorstellen dat ze zich op een andere infectieziekte zou storten. ’’Ik ben écht een RS-viruspersoon. We moeten meer aandacht schenken aan de bestrijding van dit virus. Daar zijn we nog jaren mee bezig.’’

Pagina beoordelen Like Dislike
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.