Sorry, you need to enable JavaScript to visit this website.
Overslaan en naar de inhoud gaan

‘Ga met ons en andere zorgpartijen in gesprek’

’’Ik denk dat beleidsmakers kunnen leren van wat wij hebben meegemaakt tijdens de coronapandemie. Wij moeten daarom meer vertellen over hoe wij die pandemie beleefd hebben. Van de afstemming van vaccintransporten onder politiebegeleiding tot het regelen van stickers voor de flacons. We hebben voortdurend naar praktische oplossingen gezocht. Dat is nuttige informatie voor als je voorbereid wilt zijn op een volgende golf of pandemie.’’

Robbert Smet

Als je vertelt wat je hebt meegemaakt, groeit ook het begrip voor wat je doet. ’’Besluiten worden beter door discussie.’’ Daar is Robbert Smet, directeur corporate affairs van Pfizer, van overtuigd. Hij hoopt dat Pfizer en andere bedrijven die een belangrijke rol spelen bij het bestrijden van pandemieën door het ministerie van VWS worden betrokken bij de coronaplannen voor komend najaar.

Deskundigen maken zich zorgen over de zogenaamde pandemische paraatheid van Nederland. De coronapandemie lijkt voorbij te zijn en zowat alle maatregelen zijn afgebouwd. Maar volgens Robbert is het belangrijk om juist nú te praten over wat er moet gebeuren om komende herfst klaar te zijn voor een eventuele nieuwe, besmettelijkere virusvariant. Je moet het dak repareren als de zon schijnt. Bedrijven kunnen daar met hun ervaring uit de coronapandemie een bijdrage aan leveren, stelt hij.

‘Het is verstandig om veel vaker met elkaar te praten. Juist nu het rustig is.’

’’Recent is de directeur geneesmiddelenbeleid van het ministerie van VWS bij ons op bezoek geweest. We hadden een goed en open gesprek. Nu hopen we ook te kunnen praten met de beleidsambtenaren die verantwoordelijk zijn voor de bestrijding van volgende uitbraken. Het is verstandig om veel vaker met elkaar te praten. Juist nu het rustig is.’’
 

‘Door corona kregen we een gezamenlijk doel’

Pfizer en het ministerie van VWS hebben de afgelopen twee jaar nauw samengewerkt. Toch bestaat er, in tegenstelling tot wat velen denken, geen automatisch warme band tussen beide partijen. ’’Voor de pandemie was er weinig vertrouwen vanuit de overheid in geneesmiddelenbedrijven. We spraken elkaar wel, maar dan vooral bij onderhandelingen over de vergoeding van nieuwe medicijnen.’’

Door corona kregen het ministerie en Pfizer een gemeenschappelijk doel: zo snel mogelijk zorgen dat iedereen in Nederland een coronavaccin zou krijgen. ’’We moesten veel overleggen en het ministerie had voortdurend allerlei praktische informatie van ons nodig. Ik weet zeker dat we het ze niet altijd makkelijk hebben kunnen maken, maar we hebben dan wel kunnen uitleggen waarom iets moeilijk was. Dat kweekt begrip. Door samenwerking bouw je aan wederzijds vertrouwen.’’

Samen om tafel gaan

In het begin van de pandemie leek het ministerie van VWS zich te focussen op andere geneesmiddelenbedrijven die ook bezig waren met de ontwikkeling van een vaccin en een grotere ‘footprint’ in Nederland hebben. ’’We zijn samen om tafel gegaan toen uit de publicaties van onze tussentijdse studieresultaten bleek dat het vaccin van Pfizer en BioNTech veelbelovend was’’, zegt Robbert Smet. ’’Misschien hadden de besprekingen sneller kunnen beginnen, maar we hebben samen veel slagen kunnen maken om die tijd in te halen. Met een kernteam van het ministerie van VWS en het RIVM hebben we tijdens de pandemie op gezette tijden heel goed overleg gehad om telkens allerlei praktische zaken rond de levering van het vaccin te bespreken.’’ Maar het voorkomen van nieuwe pandemieën vraagt om een veel breder overleg, vindt Smet. ’’Met medewerkers van andere delen van het ministerie, zorgorganisaties, beroepsverenigingen en andere relevante partijen. Voor een volgende pandemie is het dus nuttig als breed contact bestaat met verschillende bedrijven. Op het moment dat cruciale beslissingen worden genomen, is het handig dat je op tijd begint.’’

Ook de besluitvorming over de booster had wellicht sneller kunnen verlopen als daarover contact was gezocht met Pfizer. “Wij gaven al vroeg aan dat een booster mogelijk nodig zou zijn om de bescherming op peil te houden. De eerste reactie van critici was ‘ja, zij hebben een commercieel belang’. Onze kennis over de werking van ons vaccin had kunnen helpen om de besluitvorming over de inzet van een boostervaccinatie eerder te laten beginnen.” De directeur corporate affairs hoopt dat het nu niet weer een tijdlang stil blijft. ’’We moeten ons nu samen voorbereiden op komend najaar en wat er dan mogelijk kan gebeuren. Je kunt wel hopen op het beste scenario, maar je moet je voorbereiden op het slechtste.’’
 

‘Besef dat wij een betrouwbare partij in de zorg zijn’

Pfizer heeft volgens hem zeker wel de credits gekregen van VWS voor het snelle leveren van het vaccin. ’’Hopelijk leidt dat uiteindelijk tot het besef dat wij een betrouwbare partij in de zorg zijn, waarmee je kunt praten over ontwikkelingen in de zorg en pandemische paraatheid.’’
 

Investeren in nieuwe geneesmiddelen

Het geneesmiddelenbedrijf is volgens Robbert Smet transparant over het feit dat het verdient aan het coronavaccin. ’’We zijn een commercieel bedrijf. Elk kwartaal maakt Pfizer bekend wat er wordt verdiend aan het vaccin. Winst is ook noodzakelijk om te kunnen blijven doen waarvoor wij bestaan, continu investeren in de ontwikkeling van nieuwe geneesmiddelen en vaccins.’’

Dat maakt het bedrijf volgens de directeur corporate affairs niet meer of minder betrouwbaar. ’’Ook onze kennis over geneesmiddelen wordt er niet meer of minder waardevol door. Laten we samen praten hoe je nieuwe geneesmiddelen en vaccins zo snel mogelijk beschikbaar kunt stellen. En hoe wij daaraan kunnen bijdragen. En natuurlijk kunnen op die goede gesprekken ook onderhandelingen over de prijs volgen. Het een sluit het ander niet uit.’’

Rijksmuseum Boerhave

Een mooie locatie voor een eerste gesprek over pandemische paraatheid heeft Robbert Smet al in gedachten. ’’Dat zou het Rijksmuseum Boerhaave kunnen zijn. Ze hebben daar nu de tentoonstelling Besmet! die een prachtig beeld schetst van pandemieën door de eeuwen heen en de impact daarvan op de samenleving. In zo’n inspirerende omgeving kun je mensen mooi bij elkaar brengen.’’ Smet en zijn collega’s kunnen tijdens zo’n bijeenkomst vertellen over hun ervaringen van de afgelopen twee jaar met het vaccin. ’’Wat kwam daar allemaal bij kijken?’

Hij vertelt dat er de afgelopen twee jaar veel informatie is gedeeld tussen de medewerkers van VWS met wie Pfizer heeft samengewerkt. ’’Voortdurend zochten we samen naar praktische oplossingen voor vragen die ontstonden op het moment dat er iets veranderde. Bijvoorbeeld toen er een vaccin voor kinderen beschikbaar kwam. Of toen er een ‘kant-en-klaar-vaccin’ kwam, zodat er niets meer op de priklocatie gemengd hoefde te worden. Dan praat je over van ‘hou er rekening mee dat het product er anders uitziet, dat de verpakking anders is’ en ga zo maar door.’’

Verder werd er informatie uitgewisseld over hoe het eraan toegaat in andere landen. ’’Hoe zorgen ze daar dat het vaccin ook in kleine hoeveelheden op de goede plek terechtkomt, zoals in een woonzorgcentrum. Zo zijn er vele nuttige onderwerpen geweest om over te praten.’’
 

Mensen met een totaal andere visie

Robbert Smet denkt dat het coronabeleid er uiteindelijk beter van wordt als je daar alle mogelijke beschikbare informatie en gesprekspartners bij betrekt. ’’Ga ook met ons praten. Je hoeft het niet eens te zijn met wat wij zeggen. Maar zie ons als een reguliere zorgpartij en neem onze kennis en ervaring mee in de besluitvorming.’’

Hij trekt de vergelijking met de discussie die ontstond toen het OMT werd samengesteld om het kabinet te adviseren over de te nemen coronamaatregelen. ’’Eerst zat het team vol medisch specialisten. Er werd toen geopperd om er ook mensen zoals gedragspsychologen aan toe te voegen. Om er mensen bij te hebben met een totaal andere visie.’’

Daarom heeft hij een duidelijke boodschap voor het ministerie van VWS. ’’Voorkom tunnelvisie! Ga nú met ons en andere zorgpartijen in gesprek over wat er de komende periode moet gebeuren om klaar te zijn voor de komende herfst. Blijf daarnaast praten met partijen die jouw ideeën kunnen uitdagen. Misschien verandert het besluit dat je van tevoren wilde nemen uiteindelijk niet. Dan heb je het van alle kanten bekeken, getest en je beslissing goed onderbouwd. Maar misschien verandert je besluit gaandeweg wel. Het zou toch een verloren kans zijn als je geen gebruik maakt van de geboden informatie en uitgereikte handen.’’

Pagina beoordelen Like Dislike
Deze vraag is om te controleren dat u een mens bent, om geautomatiseerde invoer (spam) te voorkomen.